Wandeling - Bloemen- en Vruchtenbuurt

Wandeling 3,5 km, duur 2 uur
Startpunt: Halte Goudenregenplein
(opstappen tram 12 vanaf Den Haag HS, richting Duindorp of opstappen tram 3 vanaf Den Haag CS, richting Loosduinen;
overstappen bij Fahrenheitstraat op lijn 12)
Eindpunt: Halte Hoefbladlaan, tram 3, richting Den Haag CS.

kaart wandeling Bloemen- en vruchtenbuurt Nieuwe Haagse School

Over de Bloemen- en Vruchtenbuurt

De Bloemen- en Vruchtenbuurt zijn twee woonwijken aan weerszijden van de Laan van Meerdervoort die deel uitmaken van de westelijke stadsuitleg van 1918-1940. Het grootste deel van het gebied behoorde tot 1 januari 1923 bij de gemeente Loosduinen. In 1922 werd door de gemeente een ideeënprijsvraag uitgeschreven voor het te annexeren gebied. Bij de vaststelling van het daaruit voortkomende Plan West door de raad in 1927 was het grootste deel van de Bloemenbuurt al voltooid. Voor de bouw van de Vruchtenbuurt vormde het de onderlegger. Kenmerkend voor beide buurten is het tuindorpachtige karakter met lage bebouwing. Ten aanzien van eerdere uitbreidingen is het stratenpatroon verluchtigd met pleintjes en plantsoenen.

stedenbouwkundig plan

Thema’s: stedenbouwkundige regie en hoogbouw

De wandeling in westelijke richting toont de samenhangende ontwikkeling tussen de door gemeentelijke regie bepaalde hoofdstructuur en de bloei van de Nieuwe Haagse School. Terwijl het eerste deel van de Bloemenbuurt heterogeen en bijna experimenteel van opzet was, vertoont de Vruchtenbuurt meer rust in het bebouwingsbeeld.
Van belang is een aantal dwarsassen van de Laan van Meerdervoort waarvoor de bebouwing via schetsplannen tot stand kwam. De bebouwing van pleinen en straathoeken is daar gemarkeerd door hoogteaccenten, die bijdragen aan de herkenbaarheid van de buurten.

vruchtenbuurt architectuurwandeling Nieuwe Haagse School

1          PORTIEKWONINGEN GOUDSBLOEMLAAN 15-61 EN 14-60, J.M. LUTHMANN, R.J. HERMAN EN J.W. VAN DER WEELE, 1921-1922 (Behoud cultureel erfgoed, hoogbouw en bouwkundig detailleren)

Karakteristiek voor de stevige woonblokken in drie bouwlagen met hoogteaccenten zijn invloeden van de Amsterdamse school, zoals de indeling van de raampartijen, het metselwerk van de entrees en de rechtstandig gehangen dakpannen. Enkele kozijnen in de zuidgevels tonen dat zon en regen invloed hebben gehad. Bij renovatie met dubbel glas bleek de kenmerkende roedeverdeling lastig te handhaven.

Papaverhof jan Wils Architectuurwandeling

2          PORTIEKWONINGEN, KLIMOPSTRAAT 2-122, J. WILS, 1922 (bouwkundig detailleren)

Het bouwplan vormde de tweede fase van de 68 eengezinswoningen in laagbouw rond de Papaverhof. Het bestaat uit vijf stroken van elk 12 portiekwoningen. Wils paste gemeenschappelijke voordeuren toe en voorzag de portieken en woningen van tal van snufjes ten behoeve van meer wooncomfort.

papaverhof van architect Jan Wils

2a          EENGEZINSWONINGEN, PAPAVERHOF, J. WILS, 1922 (Bijzondere woonvormen, stedenbouwkundige regie, bouwkundig detailleren)

De eerste fase van het voor de woningbouwvereniging Daal en Berg gebouwde buurtje bestond uit 68 paarsgewijs geschakelde eengezinswoningen rond een gemeenschappelijke tuin. Nagenoeg alles was vernieuwend: van de stedenbouwkundige opzet tot en met de kleinste bouwkunstige details. Door de kubistische vormgeving, het kleurgebruik en de strak vormgegeven interieurs werd de Papaverhof bestempeld als voorbeeldproject van de avant-garde beweging De Stijl, maar legde tevens de basis voor de ontwikkeling van de baksteenarchitectuur van de Nieuwe Haagse School.

Panomalaan Nieuwe Haagse School

3          BEBOUWING POMONALAAN, 1929-1931 (Stedenbouwkundige regie, bouwkundig detailleren)

Evenals de bebouwing aan het Chrysantplein en de (in 1943 gesloopte) bebouwing aan de Klaverstraat vormde de Pomonalaan een monumentale dwarsas van de Laan van Meerdervoort. De symmetrielijn is de hartlijn van de waterpartij. De stevige drielaagse bouwblokken met kappen en hoogteaccenten op de koppen zijn uitgewerkt via gemeentelijke schetsplannen.

4          DUBBEL HERENHUIS, TOMATENSTRAAT 4-6, 1930  (bouwkundig detailleren)

Het blokje fungeert met een extra bouwlaag en plat dak als een soort boekensteun voor een lange strook geschakelde eengezinswoningen met langskap. De asymmetrische, plastische gevelgeleding is dan ook vooral toegesneden op deze situering.

laan van Meerdervoort Nieuwe Haagse School

5          BEBOUWING LAAN VAN MEERDERVOORT 784-828 EN 783-827,  1927-1930 (stedenbouwkundige regie en hoogbouw)

De woonblokken aan weerszijden van de Laan van Meerdervoort bestaan uit geschakelde herenhuizen die op de hoeken met zijstraten worden begrensd door zwaardere volumes met platte daken en hoogteaccenten. Langs de Bloemenbuurt wordt het gevelbeeld bepaald door drie bouwlagen met een plat dak, voor de rand van de Vruchtenbuurt werd gekozen voor tweelaagse woningen met een kapverdieping.

dakopbouwen Nieuwe Haagse School

6          DAKOPBOUWEN BOVEN HERENHUIZEN EN WINKELWONINGEN, HOEK KAMILLESTRAATFUCHSIASTRAAT, 1927 (behoud cultureel erfgoed)

Onder architectuur ontworpen dakopbouwen kunnen een symbiose aangaan met de onderbouw en de omgeving meerwaarde geven. Anderzijds kunnen ze een ensemble ook verstoren. Het betreft een delicate ontwerpopgave die per specifieke situatie verschillend kan zijn, en maar tot op zekere hoogte is te objectiveren.

Abrikozenstraat Nieuwe Haagse School architectuur

7         BEBOUWING ABRIKOZENSTRAAT 192-218 EN 211-243, 1931-1932 (stedenbouwkundige regie )

De Abrikozenstraat is een belangrijke dwarsas tussen de Laan van Meerdervoort en het Abrikozenplein. Volgens schetsplannen is aan weerszijden van de straat over grote delen van de straatlengte de bebouwing op hoofdlijnen symmetrisch opgezet. Het profiel van het deel tussen de Tomatenstraat en de Meloenstraat is verbreed ten behoeve van groenperken, aan beide zijden van de straat.

hoekwoningen Nieuwe Haagse School architectuur

8          HOEKBEBOUWING ABRIKOZENSTRAATMELOENSTRAAT, 1932 (behoud cultureel erfgoed, bouwkundig detailleren)

De vier hoeken, waarvan drie met kappen, zijn bebouwd met zorgvuldig gedetailleerde kopgevels. Een deel van de kozijnen is vervangen. Hierdoor kan een op zichzelf al prijzige renovatie weliswaar betere energetische prestaties opleveren, maar kan de waarde van het vastgoed dalen.

dakopbouwen bloen en vruchtenbuurt nieuwe haagse school

9         BEBOUWING ABRIKOZENSTRAAT 94-152 EN 67-127, 1933-1934 (stedenbouwkundige regie, behoud cultureel erfgoed )

Tussen de Perenstraat en de Pippelingstraat is het profiel van de Abrikozenstraat verbreed ten behoeve van een lange groenstrook in het midden. Ter hoogte van de kruising met de Mient zijn de vier hoeken van de bouwblokken afgeschuind, en verbijzonderd met hoogteaccenten. Initiatieven voor dakopbouwen en kozijnvervangingen op gevoelige plekken dienen zeer zorgvuldig te worden beoordeeld, om dit ensemble niet (verder) aan te tasten.

Thorbeckelaan Nieuwe Haagse School

10          BEBOUWING THORBECKELAAN, 1930 E.V. (stedenbouwkundige regie en hoogbouw)

Met de flauwe bocht, het brede profiel en de groenstrook met lommerrijke bomen wordt de Thorbeckelaan aangeprezen als een van de fraaiste lanen van Nederland. De bebouwing van vier bouwlagen met hoge kapverdiepingen, evenals de hogere blokken met dwarskappen bij kruisingen met zijstraten, kwam via schetsplannen tot stand.

Daltoncollege en woningen in architectuurstijl Nieuwe Haagse School

11         BEBOUWING PINKSTERBLOEMPLEIN EN OMGEVING, J.J. BRANDES 1933-1953 (stedenbouwkundige regie )

De wandeling voert naar de grotendeels na 1945 gebouwde wijk Bohemen waarvan het centrale deel begin jaren dertig werd aangelegd. De Laan van Meerdervoort biedt hier een van de fraaiste monumentale stadsgezichten van het interbellum: de symmetrische opzet van het Dalton Lyceum, met aan weerszijden van het groen en de waterpartij, blokken met flat- en portiekwoningen. Het schetsplan en alle bebouwing kwamen van de hand van Co Brandes.

dalton college Nieuwe Haagse School architectuurwandeling

12          DALTON COLLEGE, ARONSKELKWEG 1, J.J. BRANDES EN D.C. VAN DER ZWART, 1931-1933 (Bouwkundig detailleren)

De verwachtingen waren hoog gespannen over de introductie van Daltononderwijs in Den Haag. De architecten gingen uit van een traditionele opzet met twee onderwijsvleugels aan weerszijden van een centraal trappenhuis. Niet alleen werd dit middenblok net even iets hoger dan gewoonlijk uitgevoerd, de asymmetrische geleding van het symmetrische hoofdvolume en de bouwkundige detaillering maakten het gebouw uit 1933 tot een van de hoogtepunten van de Nieuwe Haagse School.

flatgebouw Nieuwe Haagse School architectuur

13         FLATGEBOUWEN, LAAN VAN MEERDERVOORT 1160-1748 EN 1231-1611, J.J. BRANDES EN BLANKSPOOR EN DE VRIES, 1949-1954 (Hoogbouw )

De bebouwing van de Laan van Meerdervoort vanaf het De Savornin Lohmanplein was het laatste voorbeeld van de toepassing van schetsplannen en gevelschema’s in Den Haag. De stroken van vijf bouwlagen met kapverdieping zijn onder supervisie van Brandes (op één na), wat betreft plattegronden en detaillering, uitgewerkt door andere architecten.

Liever onder leiding van een gids de architectuur van de Nieuwe Haagse School bekijken of meer weten?
In de agenda vind je informatie over tours en andere activiteiten. Of neem contact op voor een maatwerk excursie met 100jaar@nieuwehaagseschool.nl

Fotografie: Peter de Ruig
Historische foto’s Gemeentearchief Den Haag